Voor jongeren met een ernstige psychische stoornis (zoals een psychose) zijn stigma en discriminatie door de werkgevers een van de grootse obstakels om werk te vinden. Daarom is het een probleem wat men op de werkplek wel of niet zegt over diagnose, medicatie, bijwerkingen van medicatie en dergelijke. Om degenen die in het kader van een IPS-traject werk zoeken bij te staan hoe zij zichzelf en hun geestelijke gezondheidstoestand bij een werkgever presenteren is in Australië het Plan for Managing Personal Information (PMPI) ontwikkeld. De PMPI maakt expliciet wat wanneer over persoonlijke zaken die verband houden met de stoornis verteld wordt, waardoor de regie in handen komt van de werkzoekende. De PMPI wordt samen met de werkbegeleider opgesteld. In deze Australische studie (n=40) werd de predictieve validiteit en acceptatie door cliënten van de PMPI getest. Bijna alle deelnemers waren bij het begin van het onderzoek werkloos en werden begeleid door een bureau voor arbeidsrehabilitatie. Deelnemers die bij de 0-meting aangaven liever niets aan de werkgever te willen vertellen kwamen in de PMPI-groep. De primaire uitkomstmaat was het al dan niet hebben van werk zes weken na de 0-meting. De deelnemers van de PMPI-groep bleken na 6 weken 4,9 keer meer kans op werk te hebben dan degenen die geen gebruik maakten van de PMPI. De predictieve validiteit van de PMPI is veelbelovend. Daarnaast waren de meeste deelnemers van de PMPI-groep zeer tevreden over de PMPI.
McGahey E, Waghorn G, Lloyd C, Morrissey S, Williams PL. (2016). Formal plan for self-disclosure enhances supported employment outcomes among young people with severe mental illness. Early Interv Psychiatry. 10(2), 178-85.