De Individuele Rehabilitatie Benadering (IRB) is in de Verenigde Staten ontwikkeld. Diverse Nederlandse ggz-instellingen passen de IRB toe. Het doel van de IRB is cliënten helpen bij het realiseren van hun wensen en doelen op de gebieden wonen, werken, leren en sociale contacten met zo min mogelijk professionele hulp (Korevaar & Dröes, 2016). De IRB hanteert een fasemodel dat aangeeft in hoeverre de cliënt zijn wensen verwezenlijkt heeft: de fases van verkennen, kiezen, verkrijgen of behouden.
Begeleidingsproces in vier fasen
• Fase 1: De cliënt zoekt – samen met de begeleider – uit wat hij in de nabije toekomst zou willen bereiken. In deze fase hoeft een cliënt nog geen duidelijk idee te hebben van wat hij/zij zou willen veranderen.
Fase 2: De cliënt krijgt ondersteuning in het kiezen van een specifiek doel op een zelfgekozen rehabilitatieterrein.
• Fase 3: De cliënt krijgt ondersteuning bij het uitvoeren van de taken die nodig zijn om het gekozen doel te bereiken..
• Fase 4: Als het gekozen doel is verkregen wordt de client in de laatste fase ondersteund in het behouden dit dit doel. Het trainen en toepassen van vaardigheden, en het verkrijgen en gebruiken van hulpbronnen.
Binnen elke fase worden verschillende technieken en deeltechnieken onderscheiden die de IRB-begeleider in staat stellen zo goed mogelijk aan te sluiten bij de cliënt en deze zo optimaal mogelijk te ondersteunen.
Combinatie van IRB en IPS in Nederland
In Nederland wordt op verschillende plaatsen IRB gecombineerd met Indviduele Plaatsing en Steun (IPS). Deze gecombineerde inzet wordt vooral in de praktijk toegepast in IPS-trajecten waarbij IPS-trajectbegeleiders ook tot IRB-begeleider opgeleid zijn. Zij blijken behendig te zijn in het optimaal combineren van deze beide methodieken om zo de duurzaamheid van de arbeidsintegratie te verstevigen.
Enkele trajectbegeleiders IPS/begeleiders & IRB-experts hebben in praktijkcasussen helder beschreven op welke specifieke momenten in een traject ze ervoor kiezen hun IRB-deskundigheid in te zetten ter verdieping en soms ter versnelling of vertraging van het IPS-traject.
Effectiviteit van IRB
In 2011 rondden Swildens et al. een gerandomiseerde gecontroleerde effectstudie (RCT) af naar IRB in Nederland. In deze studie realiseerden cliënten naar hun eigen oordeel vaker hun doelen dan cliënten in andere begeleiding. IRB was in deze studie ook succesvoller dan de controleconditie in het bevorderen van maatschappelijke participatie.
In 2020 publiceerden Sanches et al. de uitkomsten van een RCT naar de effectiviteit van de IRB op het gebied van maatschappelijke participatie bij mensen met ernstige psychische aandoeningen (EPA). Het onderzoek werd uitgevoerd in FACT-teams van Altrecht en Parnassia (voormalig Dijk en Duin), in de RIBW’s Cosis (voormalig Promens Care) en Lister, binnen een team van Brijder onder mensen met verslavingsproblematiek en binnen Altrecht Rintveld onder mensen met langdurige en ernstige eetstoornissen (n=188). In de experimentele groep kregen cliënten ten minste eenmaal per twee weken een sessie met een ervaren IRB-begeleider aangeboden om te werken aan een zelfgekozen participatiedoel. Datzelfde kregen ook de cliënten in de actieve controleconditie aangeboden, maar dan met een niet in de IRB getrainde hulpverlener. Metingen vonden plaats bij aanvang, na 6 en 12 maanden.
Het bleek dat 43% van de gestelde doelen werd behaald, zowel in de experimentele als in de controleconditie. Cliënten verbeterden significant op het gebied van maatschappelijke participatie, kwaliteit van leven en sociaal functioneren, maar de IRB-conditie was op geen van de uitkomstmaten effectiever dan de actieve controleconditie. De conclusie van het onderzoek was dat de actieve controleconditie in dit onderzoek net zo effectief was als de IRB in het verbeteren van de maatschappelijke participatie van mensen met EPA. De percentages van deelnemers aan het onderzoek die (betaald) werk of andere zinvolle activiteiten vonden waren echter veel hoger dan in observationele studies zonder specifieke steun bij maatschappelijke participatie. Dit suggereert dat gerichte en deskundige begeleiding op het gebied van maatschappelijke participatie noodzakelijk en effectief is, ongeacht de specifieke methodologie die wordt gebruikt.
Cursusaanbod en implementatie
Rehabilitatie ’92 biedt een uitgebreid scholingsprogramma, voornamelijk gericht op hulpverleners de IRB, vertaald naar de Nederlandse praktijk. Ook ondersteunt ze de implementatie ervan in de Nederlandse instellingen op het gebied van Zorg en Welzijn.
>>Naar het cursusaanbod van Rehabilitatie ’92
Literatuur
Korevaar, L, Dröes, J. (2016) Handboek rehabilitatie voor zorg en welzijnondersteuning van maatschappelijke participatie en herstel. Bussum: Uitgeverij Coutinho.
Sanches, S. A., Swildens, W. E., Schaefer, B., Moerbeek, M., Feenstra, T. L., van Asselt, A. D., … & van Busschbach, J. T. (2020). Effectiveness of the Boston University Approach to Psychiatric Rehabilitation in improving social participation in people with severe mental illnesses: a randomized controlled trial. Frontiers in psychiatry, 11, 970. DOI: 10.3389/fpsyt.2020.571640
Swildens W, van Busschbach JT, Michon H, Kroon H, Koeter MW, Wiersma D, van Os J. Effectively working on rehabilitation goals: 24-month outcome of a randomized controlled trial of the Boston psychiatric rehabilitation approach. Can J Psychiatry. 2011 Dec;56(12):751-60. doi: 10.1177/070674371105601207. PMID: 22152644.