Uit onderzoek blijkt dat aspecten van de sociale omgeving van invloed zijn op het herstelproces van personen met EPA. De rol van de familie heeft daarbij nog maar weinig aandacht gehad. Dat komt onder meer omdat tot in de jaren 1980/90 aan het gezin waarin iemand met EPA was opgegroeid een deel van de ontstaan van de stoornis werd toegeschreven (b.v. ‘expressed emotion’). De laatste tijd worden families meer bij de behandeling betrokken en krijgen ze b.v. aparte psychoeducatie aangeboden. In dit Canadese onderzoek werd onderzocht wat de ervaren invloed is van familieleden op het herstelproces van personen met EPA. Met 54 personen met EPA werden semi-gestructeerde interviews van 1 à 2 uur gehouden gehouden en werden met behulp van kwalitatieve data analyse software (Atlas-ti) thema’s opgespoord. Door de deelnemers werden drie factoren genoemd waarmee familieleden een positieve, stimulerende invloed op het herstelproces kunnen hebben: 1. Morele steun: alleen al dat familieleden contact met hen onderhouden wordt door sommige respondenten als positief ervaren. 2. Praktische steun: sommige familieleden geven financiële steun of regelen vervoer. 3. Familie als motivatie om te herstellen: sommige respondenten geven aan voor hun familieleden te willen herstelllen of om nog zelf een gezin te kunnen stichten. Er werden ook drie factoren genoemd waarmee familieleden een negatieve, belemmerende invloed op het herstelproces kunnen hebben: 1. De familie kan een bron van stress zijn: soms wordt het gedrag van de persoon met EPA veroordeeld of wordt men paternalistisch behandeld. 2. Stigma en gebrek aan begrip: sommige respondenten hebben stigma en onbegrip ervaren. 3. De familie heeft ervoor gezorgd dat de persoon met EPA tegen zijn zin is opgenomen geweest.
Aldersey HM, Whitley R. (2015). Family influence in recovery from severe mental illness. Community Mental Health Journal 51 (4), 467-76.