Kijken we naar het hele werkveld, dan zien we de volgende werkzame bestanddelen van rehabilitatieprogramma’s (zie ook Corrigan e.a., 2008):
• Bij rehabilitatie gaat het om empowerment van de cliënt, die zijn rehabilitatiedoelen zelf moet kunnen kiezen.
• Het is zaak om cliënten in een maatschappelijke omgeving (en dus niet ‘op het droge’) vaardigheden voor het gewone leven aan te leren.
• Voor iedere sociale rol of omgeving moeten cliënten specifieke vaardigheden aanleren, omdat vaardigheden nauwelijks over meerdere gebieden generaliseren.
• Naast het leren van vaardigheden moet steun uit de omgeving worden gemobiliseerd.
• In plaats van cliënten langdurig voor te bereiden (‘train then place’), is het beter om hen zo snel mogelijk in de gewenste omgeving te brengen (‘place then train’).
• Rehabilitatie is effectiever als begeleiders het met behandeling en zorg integreren.
• Rehabilitatie impliceert stigmabestrijding en aanpassing van wetten en regels.
Rehabilitatie vraagt om andere accenten
De rehabilitatiepraktijk heeft in de afgelopen jaren te maken gehad met ingrijpende beleidstransities: van volksverzekering (AWBZ) naar individuele verzekering (Zvw), van tweede lijn naar eerste lijn, van ggz naar gemeentelijke voorziening (Wmo), van zorg naar participatie. ‘Rehabilitatie in de nieuwe tijd’ vraagt om vier accentverschuivingen.
1. Rehabilitatie meer vanuit eigen kracht van cliënten
Rehabilitatie moet een aanbod van en door professionals omvatten. Plus activiteiten die uitgaan van (begeleide) zelfhulp en het benutten van de mogelijkheden, inzet en energie van cliënten. Deze activiteiten kunnen ook in e-rehabilitatieprogramma’s worden vormgegeven.
2. Richt rehabilitatie-inspanningen ook op de omgeving
De werksoort moet niet alleen gesprekstechnieken bij individuele rehabilitatietrajecten bieden, maar ook een handelingsperspectief gericht op de omgeving, op het realiseren van een inclusievere samenleving.
3. Rehabilitatie vanuit de ggz én het sociale domein
Naast activiteiten in het traditionele ggz-aanbod moeten er een aanbod zijn van rehabilitatieprogramma’s die cliënten in en vanuit andere maatschappelijke sectoren (huisvesting, werk, onderwijs en welzijn) kunnen ontplooien. Het aanbod moet zich richten op mensen met ernstig psychische aandoeningen, veelal in combinatie met andere doelgroepen.
4. Rehabilitatie nadrukkelijker integreren met behandeling
Rehabilitatie moet de aansluiting met de reguliere ggz versterken en zich minder als een op zichzelf staande werksoort profileren. Vanuit het perspectief van ‘herstel’ worden nieuwe interventies ontwikkeld waarin behandeling en rehabilitatie hand in hand gaan.