Herstel van personen met psychische problemen kan in 3 domeinen optreden: biomedisch, psychologisch en sociaal. Doel van dit Engelse onderzoek was om het empirische verband tussen klinisch herstel (gaat om klinische uitkomsten die door hulpverleners gemeten worden aan de hand van symptomen) en persoonlijk herstel (wordt door cliënt zelf gedefinieerd en is gericht op sociaal succes en persoonlijke ervaringen van hoop en empowerment) te bepalen met behulp van de uitkomstdomeinen die door 11 verschillende meetinstrumenten werden gemeten bij 403 patiënten in de REFOCUS trial, op baseline en na 12 maanden. Vier instrumenten werden door hulpverleners of onderzoekers ingevuld: Health of the Nation Outcome Scale (HoNOS); Camberwell Assessment of Needs short Appraisal Schedule-Staff (CANSAS-S); Global Assessment of Functioning (GAF); Brief Psychiatric Rating Scale (BPRS). Zeven instrumenten werden door patiënten zelf ingevuld: CANSAS-Service User (CANSAS-P); Manchester Short Assessment of Quality of Life (MANSA); Questionnaire of the Process of Recovery (QPR); Mental Health Confidence Scale (MHCS); Herth Hope Index (HHI); Warwick-Edinburgh Mental Well-Being Scale (WEMWBS) en INSPIRE. Met behulp van factor analyses (EFA en CFA) werden groepen van uitkomstdomeinen vastgesteld en veranderingen in de tijd opgespoord. Er werden drie factoren (drie inhoudelijk duidelijk onderscheiden clusters) gevonden: 1. door de patiënt beoordeeld persoonlijk herstel; 2. door de patiënt beoordeeld klinisch herstel; 3. door de hulpverleners beoordeeld klinisch herstel. Alleen het persoonlijke herstel was na 1 jaar verbeterd. De optimale instrumenten om deze drie factoren te meten zijn: HHI, CANAS-P en HoNOS.
Macpherson R, Pesola F, Leamy M, Bird V, Le Boutillier C, Williams J, Slade M. (2015). The relationship between clinical and recovery dimensions of outcome in mental health. Schizophr Res. Online: 2015 Oct 30.