Kenniscentrum Phrenos website

Hoewel IPS in veel Europese landen als evidence-based interventie wordt erkend, blijft de implementatie ver achter

[Dit artikel is onderdeel van het themanummer over IPS.] Dit artikel geeft een overzicht van de vorderingen en uitdagingen van IPS in het Verenigd Koninkrijk (VK), Italië, Nederland en Spanje. Deze landen, behalve Spanje, namen deel aan de eerste Europese trial naar de effectiviteit van IPS, de EQOLISE studie (2007). Over het algemeen werden daarin de Amerikaanse resultaten gerepliceerd (55% van de IPS-deelnemers vond regulier betaald werk tegenover 26% van de controlegroepen). In het VK wordt IPS door de overheid aanbevolen als de voorkeursinterventie voor arbeidsrehabilitatie, vanwege de evidente resultaten en omdat IPS uitgaat van sociale inclusie. In de praktijk worden veel IPS-projecten decentraal gefinancierd en is modelgetrouwheid niet gegarandeerd Door bezuinigen is IPS nog lang niet overal in het VK overal ingevoerd. In Italië is een lange traditie van beschutte en gesubsidieerde werkvormen voor mensen met psychiatrische problemen. Dit vormt een barrière voor de implementatie van IPS. Alleen in de regio Emilia-Romagna, waar Rimini deelnam aan de EQOLISE studie, wordt IPS door de overheid gestimuleerd. Een ander probleem is dat in Italië (maar ook in Nederland) cliënten vaak werk vinden op de zwarte arbeidsmarkt. In Nederland blijft de invoering van IPS een grote uitdaging. Hier is ook een lange traditie van beschutte werkvormen en dachten hulpverleners lang dat ‘hun’ patiënten regulier betaald werk niet aan konden. De EQOLISE studie leverde in Nederland geen significant hogere betaald werkcijfers op voor de IPS-deelnemers. Een recente RTC vond die overigens wel. De hoge sociale uitkeringen vormen mogelijk een barrière voor IPS-deelname. In Spanje wordt ook een begin gemaakt met de invoering van IPS.
Fioritti A, Burns T, Hilarion P, Van Weeghel J, Cappa C, Suñol R & Otto E (2014). Individual placement and support in Europe. Psychiatric Rehabilitation Journal, 37(2), 123-128.

Back To Top