Ervaren stigma kan worden omschreven als ‘ervaringen van echte discriminatie en/of beperkingen van deelname aan activiteiten door de persoon met een psychose’. Ervaringen van stigma en discriminatie kunnen leiden tot een lagere sociale positie (zichzelf minder goed vinden dan anderen), en tot externe schaamte d.i. als we geloven dat anderen ons als negatief, verwerpelijk en minderwaardig zien. Er is sprake van interne schaamte als we onszelf zo zien. De Social Mentality Theory (SMT) geeft een verklaringsmodel waarom ervaren stigma tot emotionele distress leidt. In dit Engelse onderzoek (n=52; cliënten van VIP-team) werden met behulp van de SMT de verbanden onderzocht tussen ervaren stigma enerzijds en angst, depressie, positieve symptomen en persoonlijk herstel anderzijds, waarbij met name werd gekeken naar de mediërende rol van sociale positie en externe schaamte tussen beiden. De volgende meetinstrumenten werden afgenomen: de Stigma Scale (SS), de Other as Shamer (OAS) Scale, de Social Comparison Scale (SCS), de Process of RecoveryQuestionnaire (QPR), de Positive and Negative Syndrome Scale (PANSS), de Calgary Depression Scale (CDS) en de Beck Anxiety Inventory (BAI). De verbanden werden met behulp van multiple lineaire regressie analyses berekend. Er werd een significante associatie gevonden tussen ervaren stigma, gemeten met de SS, enerzijds en sociale positie, externe schaamte, positieve symptomen, depressie, angst en persoonlijk herstel anderzijds. Externe schaamte medieerde tussen ervaren stigma en depressie. Sociale positie bleek een significante mediator tussen ervaren stigma en persoonlijk herstel. In de behandeling moet meer aandacht komen voor schaamte als mogelijke oorzaak van stigma-gerelateerde emotionele distress, zoals in compassion focused therapy gebeurd.
Wood L, Irons C. (2017). Experienced stigma and its impacts in psychosis: The role of social rank and external shame. Psychol Psychother. Sep;90(3):419-431.