Hoewel het vaststaat dat Individual Placement and Support (IPS) een evidence-based praktijk in de GGz is, lopen de werkuitkomsten van de verschillende programma’s sterk uiteen. In dit Amerikaanse onderzoek werden van 57 IPS-werkbegeleiders allerlei competenties vastgesteld en in verband gebracht met drie uitkomstmaten van de cliënten die ze begeleidden: 1. In hoeverre vinden hun cliënten regulier betaald werk; 2. Hoeveel werk vinden hun cliënten in de eerste 90 dagen van het programma; 3. Hoeveel cliënten stoppen met IPS. De competenties werden o.a. vastgesteld met de Clinician Optimism Scale, de Employment Specialist Self-efficacy Scale (self-rated + supervisor-rated), IPIP Conscientiousness Scale, Individual Placement and Support Quiz (IPS-Q), Kansas Employment Specialist Job Performance (Supervisor-Rated). Het bleek dat de IPS-werkbegeleiders gemiddeld 32% van hun caseload aan regulier betaald werk had geholpen, maar dat de range uiteen liep van 0% tot 80%. De meest succesvolle begeleiders scoorden hoog op: a. werkprestaties zoals waargenomen door de supervisor; b. zelfeffectiviteit zoals waargenomen door de supervisor; c. aantal cliënt contacten; d. tijd doorgebracht in de gemeenschap. De IPS-begeleiders met de meeste cliënten en de laagste opleiding behaalden de beste resultaten.
Taylor AC & Bond GR (2014). Employment Specialist Competencies as Predictors of Employment Outcomes. Community Mental Health Journal 50 (1), 31-40.