In de literatuur is er verwarring over het concept herstel voor personen met ernstige psychische problemen. Een betere uitkomst wordt geassocieerd met weerbaarheid, betere coping, stijl van herstel, sociale omgang met hulpverleners en stigma. In deze Italiaanse studie (n=903) worden de verbanden tussen zelf gerapporteerd persoonlijk herstel (subjectief) en klinische herstel (objectief) onderzocht. De ambulante patiënten met schizofrenie, volgens de DSM-IV, waren in behandeling bij 26 verschillende behandellocaties. Het zelf gerapporteerd persoonlijk herstel (PH) werd gemeten met een combinatie van 5 meetinstrumenten: de Resilience Scale for Adults (RSA), de Self-Esteem Rating Scale (Self-Esteem-RS), de Recovery Style Questionnaire (RSQ), de Brief Cope (probleem gericht versus emotie gerichte copingstrategie) en de Internalized Stigma of Mental Illness (ISMI). Het klinisch herstel (KH) werd gemeten met de Positive and Negative Syndrome Scale (PANSS), Calgary Depression Scale for Schizophrenia (CDSS) en de Personal and Social Performance (PSP). Na cluster analyse op de PH-variabelen konden er drie groepen (clusters) onderscheiden worden. Cluster I wordt gekenmerkt door de hoogste scores op de RSA, de Self-Esteem-RS en voor Probleemgerichte copingststrategie en de laagste scores op de ISMI. Cluster III heeft de laagste scores voor de RSA, de Probleemgerichte én de Emotie gerichte copingstrategieën en de RSQ. ISMI en Self-Esteem scores zitten tussen die van Cluster I en Cluster II in. Cluster II heeft de hoogste scores op de ISMI, RSQ en Emotie gerichte copingstrategie en de laagste scores op de Self-Esteem-RS en de RSA persoonlijke sterkte. Cluster I heeft de beste klinische en Cluster III de slechtste klinische uitkomsten. Cluster II heeft een mix van positieve en negatieve persoonlijke en klinische herstelkenmerken. Op basis van de persoonlijke herstelkenmerken kunnen bij mensen met schizofrenie groepen met zinvolle klinische verschillen onderscheiden worden. Rossi A, Amore M, Galderisi S, Rocca P, Bertolino A, Aguglia E, Amodeo G, et al; Italian Network for Research on Psychoses. (2017). The complex relationship between self-reported ‘personal recovery’ and clinical recovery in schizophrenia. Schizophr Res. 2017 May 8.
In de literatuur is er verwarring over het concept herstel voor personen met ernstige psychische problemen. Een betere uitkomst wordt geassocieerd met weerbaarheid, betere coping, stijl van herstel, sociale omgang met hulpverleners en stigma. In deze Italiaanse studie (n=903) worden de verbanden tussen zelf gerapporteerd persoonlijk herstel (subjectief) en klinische herstel (objectief) onderzocht. De ambulante patiënten met schizofrenie, volgens de DSM-IV, waren in behandeling bij 26 verschillende behandellocaties. Het zelf gerapporteerd persoonlijk herstel (PH) werd gemeten met een combinatie van 5 meetinstrumenten: de Resilience Scale for Adults (RSA), de Self-Esteem Rating Scale (Self-Esteem-RS), de Recovery Style Questionnaire (RSQ), de Brief Cope (probleem gericht versus emotie gerichte copingstrategie) en de Internalized Stigma of Mental Illness (ISMI). Het klinisch herstel (KH) werd gemeten met de Positive and Negative Syndrome Scale (PANSS), Calgary Depression Scale for Schizophrenia (CDSS) en de Personal and Social Performance (PSP). Na cluster analyse op de PH-variabelen konden er drie groepen (clusters) onderscheiden worden. Cluster I wordt gekenmerkt door de hoogste scores op de RSA, de Self-Esteem-RS en voor Probleemgerichte copingststrategie en de laagste scores op de ISMI. Cluster III heeft de laagste scores voor de RSA, de Probleemgerichte én de Emotie gerichte copingstrategieën en de RSQ. ISMI en Self-Esteem scores zitten tussen die van Cluster I en Cluster II in. Cluster II heeft de hoogste scores op de ISMI, RSQ en Emotie gerichte copingstrategie en de laagste scores op de Self-Esteem-RS en de RSA persoonlijke sterkte. Cluster I heeft de beste klinische en Cluster III de slechtste klinische uitkomsten. Cluster II heeft een mix van positieve en negatieve persoonlijke en klinische herstelkenmerken. Op basis van de persoonlijke herstelkenmerken kunnen bij mensen met schizofrenie groepen met zinvolle klinische verschillen onderscheiden worden. Rossi A, Amore M, Galderisi S, Rocca P, Bertolino A, Aguglia E, Amodeo G, et al; Italian Network for Research on Psychoses. (2017). The complex relationship between self-reported ‘personal recovery’ and clinical recovery in schizophrenia. Schizophr Res. 2017 May 8.
Bij personen met schizofrenie drie verschillende groepen op kenmerken van herstel
In de literatuur is er verwarring over het concept herstel voor personen met ernstige psychische problemen. Een betere uitkomst wordt geassocieerd met weerbaarheid, betere coping, stijl van herstel, sociale omgang met hulpverleners en stigma. In deze Italiaanse studie (n=903) worden de verbanden tussen zelf gerapporteerd persoonlijk herstel (subjectief) en klinische herstel (objectief) onderzocht. De ambulante patiënten met schizofrenie, volgens de DSM-IV, waren in behandeling bij 26 verschillende behandellocaties. Het zelf gerapporteerd persoonlijk herstel (PH) werd gemeten met een combinatie van 5 meetinstrumenten: de Resilience Scale for Adults (RSA), de Self-Esteem Rating Scale (Self-Esteem-RS), de Recovery Style Questionnaire (RSQ), de Brief Cope (probleem gericht versus emotie gerichte copingstrategie) en de Internalized Stigma of Mental Illness (ISMI). Het klinisch herstel (KH) werd gemeten met de Positive and Negative Syndrome Scale (PANSS), Calgary Depression Scale for Schizophrenia (CDSS) en de Personal and Social Performance (PSP). Na cluster analyse op de PH-variabelen konden er drie groepen (clusters) onderscheiden worden. Cluster I wordt gekenmerkt door de hoogste scores op de RSA, de Self-Esteem-RS en voor Probleemgerichte copingststrategie en de laagste scores op de ISMI. Cluster III heeft de laagste scores voor de RSA, de Probleemgerichte én de Emotie gerichte copingstrategieën en de RSQ. ISMI en Self-Esteem scores zitten tussen die van Cluster I en Cluster II in. Cluster II heeft de hoogste scores op de ISMI, RSQ en Emotie gerichte copingstrategie en de laagste scores op de Self-Esteem-RS en de RSA persoonlijke sterkte. Cluster I heeft de beste klinische en Cluster III de slechtste klinische uitkomsten. Cluster II heeft een mix van positieve en negatieve persoonlijke en klinische herstelkenmerken. Op basis van de persoonlijke herstelkenmerken kunnen bij mensen met schizofrenie groepen met zinvolle klinische verschillen onderscheiden worden. Rossi A, Amore M, Galderisi S, Rocca P, Bertolino A, Aguglia E, Amodeo G, et al; Italian Network for Research on Psychoses. (2017). The complex relationship between self-reported ‘personal recovery’ and clinical recovery in schizophrenia. Schizophr Res. 2017 May 8.