Door volhardend en respectvol contact te maken met mensen die zorg mijden, kan bemoeizorg het verschil maken tussen verdere afglijding en herstel. In Noord-Holland Noord en Zwolle laten zorgprofessionals zien hoe domeinoverstijgende samenwerking de sleutel is tot succesvolle bemoeizorg.
De zorgverlener die elke dinsdagmiddag om half 3 voor een gesloten deur staat en een briefje door de brievenbus stopt. Wekenlang, maandenlang. Tot op de dag dat hij een keer niet langskomt en de bewoner naar kantoor belt om te vragen waar ‘die man van dinsdagmiddag half 3’ blijft. Of de professional die urenlang naast een zwijgende, verslaafde jongeman documentaires zit te kijken, totdat één simpele, belangstellende vraag het ijs breekt. Eindelijk is er contact.
Dit zijn voorbeelden uit de praktijk van bemoeizorg, een vorm van ondersteuning aan mensen met multi-complexe problemen die niet zelf om hulp willen of kunnen vragen. Deze vorm van hulpverlening slaagt alleen als ketenpartners goed samenwerken.
Dit verslag is gebaseerd op het webinar over domeinoverstijgend samenwerken op 27 maart 2025. De webinars worden georganiseerd vanuit het Regiobeeld Psychische Problematiek (RPP) ontwikkeld door Phrenos, KPMG en RIVM in opdracht van het ministerie van VWS en de VNG. Kenniscentrum Phrenos werkt bij de organisatie van deze webinars samen met Movisie. |
Wat is bemoeizorg?
Tijdens het webinar op 27 maart 2025 hoorden we succesfactoren uit de pilot bemoeizorg in Noord-Holland Noord en van team VIA dat al meer dan 25 jaar bemoeizorg levert in Zwolle. Maar eerst: wat is bemoeizorg? “Bemoeizorg is assertieve, ongevraagde hulp”, vertelt Sonja van Rooijen, senior projectleider bij Movisie en gespreksleider van het webinar. Zij doet praktijkonderzoek naar bemoeizorg met bijzondere aandacht voor de samenwerking tussen ketenpartners die zich ermee bezighouden. “Bemoeizorg is bedoeld voor mensen die contact en zorg afhouden. Daarom werken de hulpverleners outreachend, omdat ze de mensen zelf opzoeken, desnoods op straat. Het is wel urgent, maar geen crisiszorg.”
Bemoeizorgers leggen contact en proberen te onderzoeken wat iemand nodig heeft. Zij proberen mensen toe te leiden naar reguliere zorg, maar dat blijkt lang niet altijd te lukken. Van Rooijen: “Het is belangrijk niet af te haken, want dan is er geen enkele instantie meer die het overneemt.”
Zowel in Zwolle als in Noord-Holland Noord blijven de teams waar nodig lang betrokken, zelfs meerdere jaren. Dat dergelijke hulpverlening noodzakelijk is, blijkt ook uit de cijfers van de regiobeelden psychische problematiek. Het aandeel onbegrepen gedrag is daarin bijzonder hoog en was aanleiding voor dit seminar, waarin ggz en sociaal domein samenkomen.
Pilot bemoeizorg Noord-Holland Noord
Die stijgende trend constateert ook Arjen Witteveen, programmamanager Aanpak mensen met onbegrepen gedrag bij het Zorg- en Veiligheidshuis van de veiligheidsregio Noord-Holland Noord. In Alkmaar en de gemeente Dijk en Waard startte daarom 4 maanden geleden de pilot bemoeizorg. De noodzaak bleek uit interviews met 112 professionals in de regio, vertelt hij. “We zagen dat onze persoonsgerichte aanpak wel resultaten boekte, maar er bleef een grote groep met complexe en meervoudige problemen waar we ons zorgen over maakten. Mensen die steeds verder afgleden. Er was wel iets van bemoeizorg, maar een gespecialiseerd team ontbrak.”
Bijzonder aan deze pilot is de samenwerking tussen 6 organisaties: GGD Hollands Noorden (Vangnet en Advies/OGGZ), 2 instellingen voor verstandelijk gehandicaptenzorg, verslavingszorg (Brijder), maatschappelijke opvang (dnoDoen) en GGZ Noord-Holland Noord. Daarmee is de juiste expertise en toeleiding naar reguliere zorg beschikbaar. Medewerkers van deze organisaties werken vooralsnog halftijds samen in het multidisciplinaire bemoeizorgteam. Ook de veiligheidsdiensten en de gemeente doen mee.
“We hebben directe contactpersonen bij de gemeente voor de Wmo, zodat er geen keukentafelgesprekken nodig zijn,” legt Witteveen uit. “Als er iets nodig is, kan het worden ingezet en bekostigd vanuit de Wmo. We smeden het ijzer als het heet is.”
Michael Willemsen, teamleider vangnet & Advies bij GGD Hollands Noorden en bemoeizorger, benadrukt: “We zagen gefragmenteerde hulpverlening, waarbij iedereen vanuit zijn eigen expertise werkte. Met het bemoeizorgteam bundelen we die expertise. We verdelen niet op basis van specialisme, maar op basis van wat de cliënt nodig heeft.”
Het team heeft niet alleen aandacht voor samenwerking. “We investeerden in een gedegen opleiding bemoeizorg”, vertelt Willemsen. “Want het is belangrijk dat je niet alleen weet waar je bemoeizorg inzet, maar ook waar je dat niet doet.”
Resultaat
De domeinoverstijgende samenwerking werpt nu al zijn vruchten af. “We hadden een lijst met 64 inwoners van wie diverse partijen aangaven dat bemoeizorg nodig was”, vertelt Willemsen. “Om te beginnen selecteerden we er 25 met wie we aan de slag gingen. Binnen 3 maanden hadden we met 23 van hen al contact.” En dat is bijzonder, want deze mensen mijden zorg en soms zelfs elke vorm van contact.
Persoonlijk en volhardend
Daar weet Jeroen de Haan – Rissmann alles van. Hij werkte als ervaringsdeskundig hulpverlener bij Ixta Noa en maakte bij de tv contact met de geïsoleerde jongeman die drugs gebruikte en alle voorgaande hulpverleners negeerde of buitenhield.
“Ik had een heel boodschappenlijstje van wat ik moest bereiken”, vertelt De Haan. “Na weken proberen een gesprek op gang te krijgen, stopte ik uit armoede met vragen stellen. Ik ging naast hem zitten en keek mee naar de documentaires op Discovery Channel.”
De doorbraak kwam onverwacht. “Er was een survivalprogramma op een eiland. Ik vroeg argeloos: ‘Weet jij waar dit is?’ Hij stond zwijgend op, liep naar een globe en wees het aan. Op dat moment hadden we voor het eerst echt contact.”
De les van dit verhaal? “Aansluiten bij wat de cliënt bezighoudt en soms op je handen zitten,” aldus De Haan. “In feite behaalde ik resultaat door ‘niks’ te doen, maar er wel te zijn. Ook de tijd was een belangrijke factor. Hij had tijd nodig om zelf tot actie te komen. Anderhalf jaar later hoorde ik dat hij weer was gaan helpen op de boerderij van zijn ouders.”
Zwolle: 25 jaar bemoeizorg
Bevindt Noord-Holland Noord zich nog in de beginfase van de pilot, Team VIA (Vangnet, Informatie en Advies) in Zwolle heeft al meer dan 25 jaar ervaring met bemoeizorg. Astrid Bosman, beleidsadviseur bij GGD IJsselland, benadrukt het belang van continuïteit: “Wij zijn ooit ook begonnen met medewerkers die deels in ons team en deels bij hun eigen organisatie werkten. Daar zijn we van afgestapt, omdat we merkten dat er steeds meer contra-indicaties kwamen om mensen in reguliere verbanden op te nemen.”
Het team in Zwolle kent een vergelijkbare multidisciplinaire samenstelling als in Noord-Holland Noord, met professionals uit de GGZ, verslavingszorg, verstandelijk gehandicaptenzorg, algemeen maatschappelijk werk en andere disciplines. “Bijzonder aan onze aanpak is, denk ik, ook die werkelijke aandacht voor de ander, creatief zijn in je handelen en soms heel lang investeren voor kleine successen,” aldus Bosman.
De uitdagingen: ‘loze ruimten’ en erkenning
Ondanks de successen staan beide teams voor uitdagingen. Bosman wijst op de fragmentatie en de ‘loze ruimten’ in het systeem: “Er is iets waar we niet komen met bemoeizorg, niet met gedwongen zorg en ook niet met strafrecht. De doorzettingsmacht ontbreekt. En dan verbazen we ons over incidenten, terwijl dat niet zo verbazingwekkend is.”
Willemsen pleit voor bemoeizorg als vakgebied waar tijd en ruimte voor komt: “Erken bemoeizorgwerk als een vak. Deze doelgroep heeft een andere vorm van hulp nodig dan de afgebakende, geprotocolleerde wereld van hulpverlening en zorg kan bieden.”
Witteveen benadrukt het belang van het zichtbaar maken van resultaten: “Maak inzichtelijk wat je bereikt, zodat de bestuurlijke en politieke laag ziet waar de praktijk behoefte aan heeft. Leg de vraagstukken op die tafels en maak het heel concreet.”
Bemoeizorg: een investering die loont
Als we één ding kunnen leren van deze praktijkvoorbeelden, is het dat bemoeizorg afwijkt van reguliere zorg. Het vereist meer tijd, geduld, creativiteit en een domeinoverstijgende aanpak waarin professionals vanuit verschillende disciplines samenwerken met één doel: het bereiken van mensen die tussen wal en schip dreigen te vallen. Eenmaal goed opgetuigd en langdurig volgehouden, verdient het de investering terug, blijkt uit de besproken casussen.
Over de investering vertelt Witteveen tot slot: “De pilot wordt grotendeels gefinancierd uit een ZonMw-subsidie. We anticiperen op continuïteit door onder andere zorgverzekeraars te betrekken.”
Leringen samengevat
De belangrijkste lessen uit dit webinar over bemoeizorg zijn:
- Domeinoverstijgende ketensamenwerking is een randvoorwaarde en neem gezamenlijk verantwoordelijkheid, op bestuurlijk niveau.
- Investeer in bemoeizorg als een vakgebied en zorg voor training van het hele multidisciplinaire team.
- Sluit aan bij wat de persoon bezighoudt. Zoek werkelijk contact.
- Wees geduldig en houd vol, het kost tijd om überhaupt contact te krijgen en vervolgens iets te bereiken.
- Wees creatief en werk buiten de gebaande paden.
- Maak afspraken met ketenpartners om dat ook te kunnen doen.
- Maak successen zichtbaar om erkenning te krijgen bij beleidsmakers en politiek.
Webinarreeks
In de webinarreeks staan mooie voorbeelden van domeinoverstijgende samenwerking in de schijnwerper, met als doel om van elkaar te leren en elkaar te inspireren. Het eerstvolgende webinar staat gepland op donderdag 26 juni 2025 en staat in het teken van suïcidepreventie. In dit webinar vertelt 113 de werkzame elementen van een geïntegreerde aanpak, waarbij verschillende onderdelen van de samenleving samenwerken. Er is ruimte voor vragen en interactie. Op donderdag 25 september 2025 zoomen we in op de rol van de zorgverzekeraar en donderdag 27 november 2025 staat De praktijk centraal. Op alle data is het webinar van 12:00 tot 13:00 uur te volgen via MS Teams. Meld u aan via het aanmeldformulier.
Regiobeeld Psychische ProblematiekHet Regiobeeld Psychische Problematiek (RPP) beoogt regionale samenwerkingsverbanden, de organisaties daarbinnen en landelijke beleidsmakers relevante informatie te geven over ontwikkelingen in zorgaanbod en zorggebruik, maar ook in de sociale en regionale context die (zorggebruik bij) psychische problematiek beïnvloeden, zoals bestaanszekerheid, leefstijl en eenzaamheid. Daarnaast is er een Kennispagina Psychische Problematiek die regio’s met een concreet stappenplan ondersteunt bij de totstandkoming van integraal en onderbouwd beleid. |
Meer weten?
- Psychische problematiek | Regiobeeld
- Kennispagina Psychische Problematiek
- Factsheet: van vangnet naar bemoeizorg | Movisie